Programma 8 Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

Tot het programma Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening behoren de taakvelden ruimte en leefomgeving, grondexploitatie (anders dan bedrijventerreinen), wonen en ontwikkeling.

Wat gebeurt er om ons heen?

Wonen en volkshuisvesting

De vraag naar woningen is, ook in de Hoeksche Waard, groter dan het aanbod. De komende jaren willen we gemiddeld zo'n 500 woningen per jaar toevoegen aan de woonvoorraad. Conform de woningbouwafspraken in de Regionale realisatieagenda (woondeal) streven we daarbij naar het bouwen van tenminste 2/3 betaalbare woningen, waarvan 30% sociale huur. Het is onder de huidige marktomstandigheden uitdagend om deze doelen te halen.

We hebben speciale aandacht voor jonge huishoudens, ouderen en andere kwetsbare doelgroepen. Naast het realiseren van een groot aandeel betaalbare woningen voor deze doelgroepen, moet een aanzienlijk deel van de woningen ook bestaan uit nultredenwoningen, geclusterde woonvormen en verpleegzorgplekken. We geven daarbij ook uitvoering aan de doelen en ambities uit de Wonen-Welzijn-Zorgvisie 2030, waaronder het realiseren van gewenste woonvormen en huisvesting rond intramurale voorzieningen.

In de woningbouwprogrammering is opgenomen waar we de komende 10 jaar welke woningen willen realiseren. Woningbouw concentreert zich zoveel mogelijk in de bestaande dorpen en de vier grote ontwikkelgebieden. Zijn er in een dorp niet of nauwelijks ontwikkelmogelijkheden en is er wel aantoonbare behoefte, dan wordt gekeken naar geschikte locaties aan de dorpsrand.

Nieuw te ontwikkelen locaties worden altijd met een integrale blik afgewogen, waarbij maatschappelijke meerwaarde een basisvoorwaarde is voor medewerking. Om voortgang in de woningbouwproductie te houden, maken we in een vroegtijdig stadium van een ontwikkeling scherpe en bindende afspraken met ontwikkelaars over programma, planning en fasering. De gemeentelijke inzet richt zich op ontwikkelaars die de stap tot realisatie daadwerkelijk willen en ook kunnen maken. Dit betekent dat op woningbouwlocaties waar ontwikkelende partijen niet voldoende vaart maken, de gemeente een pas op de plaats maakt. In navolging van de afspraken uit de Regionale realisatieagenda zetten we onze afstemming met ontwikkelende partijen en partners aan de versnellingstafel voort.

Omgevingswet

Per 1 januari 2024 trad de Omgevingswet in werking. De wet staat voor een goede balans tussen het benutten en beschermen van de fysieke leefomgeving. De wet biedt de mogelijkheid om met overzichtelijke regels de leefomgeving meer in samenhang in te richten, biedt ruimte voor lokaal maatwerk en leidt tot snellere besluitvorming. De nieuwe wet heeft grote impact op de organisatie. De afgelopen jaren deden we er alles aan om de implementatie soepel te laten verlopen en aan alle wettelijke vereisten te voldoen. 2024 was een overgangsjaar waarin de eerste helft van het jaar vooral in het teken stond van nog lopende ontwikkelingen onder het oude recht afronden. Tegelijkertijd zijn we wel aan de slag gegaan met de vormgeving van een gebiedsdekkend omgevingsplan met het project omgevingsplan buitengebied en zijn de eerste ruimtelijke ontwikkelingen onder de Omgevingswet opgestart. Belangrijke activiteit voor de komende jaren is de vormgeving van een gebiedsdekkend omgevingsplan. Daarvoor hebben we tot 1 januari 2032 de tijd. 2025 zal in teken staan van het verder voorbereiden van het omgevingsplan buitengebied, de eerste procedures onder de Omgevingswet afronden en het verder standaardiseren van de werkprocessen onder de Omgevingswet.

Gebiedsregie

In 2025 geven we verder vorm aan gebiedsregie. Hiervoor kijken we bij gebiedsontwikkelingen goed naar de samenhang en de volgordelijkheid van de diverse projecten. Hierbij is regie op deze gebiedsontwikkelingen noodzakelijk. Uitgangspunt daarbij is de maatschappelijke meerwaarde die hiermee moet ontstaan voor het eiland en de dorpen.

Adviescommissie  Omgevingskwaliteit

In oktober 2022 stelde de raad de verordening Adviescommissie Omgevingskwaliteit vast. De adviescommissie Omgevingskwaliteit bestaat uit 2 subcommissies, namelijk één voor de advisering over Cultureel erfgoed en één voor de advisering over de Ruimtelijke kwaliteit (Welstand). Een advies over de doorontwikkeling van de werking en samenstelling van de commissies is in voorbereiding. In dat kader wordt voorgesteld het voorzitterschap van beide commissies te beleggen bij de stichting Dorp, Stad en Land. De financiering hiervan wordt gezocht binnen de bestaande budgetten (Externe advisering Cultureel erfgoed, Welstand en Kwaliteitsteam).

Wat willen we bereiken? Wat gaan we ervoor doen?

Wat willen we bereiken
Maatschappelijk effect / doel

Wat gaan we ervoor doen
Subdoel / Speerpunt

Planning

8.1 Actueel woonbeleid.

8.1.1 Woonvisie actualisatie (implementatie in Omgevingsvisie en daarnaast opstellen volkshuisvestelijk programma).

dec 2026

8.2 Behoud van jonge huishoudens en instroom van jonge huishoudens faciliteren om de demografische balans te behouden.

8.2.1 Behoud van jonge huishoudens en faciliteren instroom.

doorlopend

8.3 Een continue toevoeging van 500 woningen per jaar aan de woningvoorraad om te voldoen aan de vraag.

8.3.1 Voortgang behouden en versnellen woningbouwproductie.

doorlopend

8.4 Een kwalitatief woningbouwprogramma met de juiste woning op de juiste plek, conform de WWZ-visie.

8.4.1 Activiteiten ter realisatie van onze doelstelling ‘de juiste woning op de juiste plek’, waaronder woningbouw van voldoende betaalbare woningen en huisvesting voor ouderen en overige aandachtsgroepen.

doorlopend

8.5 Het grondbeleid inzetten als een middel om onze (ruimtelijke) opgaven en doelstellingen te verwezenlijken.

8.5.1. De Nota Kostenverhaal wordt geactualiseerd met oog op een effectief grondbeleid.

maart 2025

8.6 Inwerkingtreding omgevingswet.

8.6.1 Realisatie van een gebiedsdekkend omgevingsplan.

dec 2031

8.7 Woningbehoefteonderzoek

8.7.1 In navolging van de provinciale prognoses wordt de gemeentelijke woningbehoefteprognose geactualiseerd.

dec 2024

Wat mag het kosten?

In onderstaande tabel zijn, per taakveld, de baten, de lasten, de onttrekkingen aan reserves evenals de stortingen in reserves weergegeven die betrekking hebben op dit programma. Hierbij zijn de baten (en onttrekkingen uit reserves) weergegeven als +/+ en de lasten (en stortingen in reserves) als -/-

Taakveld

Werkelijk 2023

Actuele begroting 2024

Begroting 2025

Begroting 2026

Begroting 2027

Begroting 2028

8.1 Ruimte en leefomgeving

1.231

3.194

528

504

505

456

8.2 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen)

622

2.575

1.338

2.577

44

44

8.3 Wonen en bouwen

4.009

7.635

4.770

3.278

3.278

3.278

Totaal Baten

5.862

13.404

6.636

6.360

3.828

3.779

8.1 Ruimte en leefomgeving

-3.954

-5.954

-3.742

-2.917

-2.914

-2.914

8.2 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen)

-764

-2.639

-1.579

-2.757

-238

-238

8.3 Wonen en bouwen

-5.638

-6.954

-5.092

-5.098

-4.985

-4.986

Totaal Lasten

-10.355

-15.548

-10.412

-10.772

-8.138

-8.138

Totaalsaldo van baten en lasten

-4.493

-2.143

-3.776

-4.411

-4.310

-4.360

8.1 Ruimte en leefomgeving

736

1.471

300

300

300

300

8.2 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen)

220

0

0

0

0

0

Totaal Onttrekkingen reserves

956

1.471

300

300

300

300

8.1 Ruimte en leefomgeving

-423

-1.279

-480

-80

-80

-80

8.2 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen)

-4

0

0

0

0

0

Totaal Stortingen reserves

-427

-1.279

-480

-80

-80

-80

Geraamd resultaat programma 8. Volkshuisvesting en ruimtelijke ordening

-3.964

-1.951

-3.956

-4.192

-4.090

-4.140

Verbonden partijen die bijdragen aan het realiseren van onze doelstellingen

Er zijn binnen dit programma geen verbonden partijen.

Beleidsindicatoren

In onderstaande tabel zijn de, volgens het BBV, verplichte beleidsindicatoren opgenomen die betrekking hebben op dit programma.

Indicatoren BBV (peildatum "Waarstaatjegemeente" (27-08-2024)

Jaar

Hoeksche Waard

Nederland

Gemeente weinig stedelijk

Demografische druk (Groene + grijze druk tov 20-64 jarigen)

2024

80,9

70,4

80,5

Aantal nieuwbouwwoningen per 1.000 woningen

2023

15,4

9,1

8,8